Vrijwillig Recruut en Caféhouder: Johannes Theodorus van Wereld

Op zaterdag 7 oktober 1876, meldt Johannes Theodorus van Wereld zich als vrijwillig recruut voor de Nationale Militie, in Garnizoen te Amsterdam waar hij in dienst komt met een verbintenis van Zes jaren.

Johannes Theodorus was achttien jaar eerder geboren in het huis staande aan de Anjeliersgracht 557 te Amsterdam. Hij was het tweede kind van de vier van het echtpaar Simon van Weerelt en schippersdochter Alida Harmina Bom. Vader was voor zijn huwelijk jarenlang militair [kanonnier] en kwam uit Oosterhout, voordat hij zich rond 1855 in Amsterdam vestigde en er werk vond als werkman sjouwer. Vader overleed een maand na de geboorte van z'n jongste broertje. Johannes was toen pas vijf jaar oud. Een jaar later stierf ook dit jongste broertje. Zijn moeder bleef in zéér armoedige omstandigheden achter - met drie kinderen - in een krotwoning in de Witte Rozengang hartje Jordaan. Mogelijk de reden voor Johannes om zich vrijwillig te melden voor de Nationale Militie.

Johannes Theodorus had een laag nummer getrokken voor de verplichte dienstplicht en was daardoor vrijgesteld. Blijkbaar had hij ook niet, voor goed geld, kunnen ruilen met een jongen uit de betere stand. Na zijn vrijwillige inschrijving nu als recruut, werd allereerst zijn signalement genoteerd: Lengte: 1.67,1 meter, Aangezigt: ovaal, Voorhoofd: breed, Oogen: bruin, Neus: gewoon, Mond: klein, Kin: rond, Haar: lichtbruin, Wenkbraauwen: lichtbruin, Merkbare Teekenen: lidteeken aan het voorhoofd.

Johannes Theodorus werd ingekwartierd bij het 1e Regiment Huzaren, 3e Escadron. Hij was vanaf dag één beslist geen heilig boontje, en bouwde in sneltreinvaart een aanzienlijke lijst van overtredingen op, bijgehouden in het Strafregister.
We noemen er enkele van de in totaal tweeëntwintig overtredingen in krap twee jaar tijd.
Het begint al goed op 16 maart 1877 als hij zijn eetketel vuil bij het middagappel op de binnenplaats der kazerne achterlaat - straf 24 uur opsluiting. Op 1 oktober '77 als officieel oppasser gemankeerd bij de stal gekomen des 8 ure 's avonds en ten 10.45 binnengekomen en niet op appel verschenen. Op 2 December 1978, wederom herhaald te laat binnengekomen om 11.45 ure voor het avondappel, dit keer in dronkenschap. 2 Februari 1878 zijne uitrusting na het middagappel niet opgeborgen en dezelfde dag gemankeerd op het avondappel ten één ure binnengekomen. Ernstiger delicten worden niet genoemd, maar voor die tijd natuurlijk vreselijke ongehoorzaamheden...

Twee jaar later is hij desondanks opgeklommen tot Huzaar in garnizoen te Haarlem. Dan gaat hij vervolgens half april 1878, gelegerd in Haarlem, echt in de fout. Waardoor hij voor de Krijsraad dient te verschijnen. Wat heeft hij dit keer uitgehaald? 
Johannes Theodorus "Heeft zich in den avond van 17 april 1878 na tien uren begeven in de tapperij van den tapper van Dartelen te Haarlem. Daar heeft hij zich meester gemaakt van een boezeroen gewikkeld in een witten zakdoek, daarmede de tapperij verlaten en die zaken verkocht aan een hem onbekend persoon". Ofwel, hij had gewoon gestolen.

In de Tapperij waren verschillende getuigen aanwezig en Johannes werd dan ook snel herkend en opgespoord. De zaak verschijnt voor de militaire rechtbank, alwaar hij al snel alles opbiegdt. Citaat uit het vonnis: "Overwegende dat deze bekentenis van den beklaagde wordt bevestigd door de getuigen van der Horst, die verklaart dat hij dien avond omstreeks elf ure is gekomen in de tapperij, dat hij daar een nieuwe boezeroen in een witte zakdoek gewikkeld heeft neergelegd op een tafel achter zich en zich toen 7 minuten later wilde vertrekken die voorwerpen vermist heeft. En Vrouw van Dartelen die opgeeft dat zij dien avond na half 12 ure den beklaagde met een wit pakje onder den arm de tapperij van haar man heeft zien verlaten, welke beide getuigen verklaren dat de tapperij een gedeelte uitmaakt van het door van Dartelen bewoonde woonhuis".
Aanklacht: diefstal bij nacht in een bewoond huis.
Beklaagde heeft tevens beleden dat hij zijn uitrusting [rijbroek, sporen] is kwijtgeraakt.
Aanklacht: het zoekmaken van militaire kleeding en equiperment.

"Vonnis van den Krijgsraad in het 4e arrondissement, standplaats Haarlem 8 mei 1878. Vonnis is geresumeerd den elfden daaraanvolgende. Verklaart de beklaagde vervallen van den militaire stand en veroordeelt beklaagde tot eene gevangenisstraf van twee jaren". Niks geen taakstraffen in die dagen dus...

Na het uitzitten van zijn straf op 8 mei 1880, zou je verwachten dat Johannes Theodorus - immers vervallen van den militaire stand - terugkwam in de burgermaatschappij. Desondanks vermeldt zijn ondertrouwakte dd 27 september 1882, hem als huzaar wonende te Haarlem. De huwelijkse bijlage met verklaring der Nationale Militie dd 10 juni 1881, meldt dat hij opgeroepen is voor de lichting van 1878, door de militieraad is vrijgesteld vanwege al / nog in dienst te zijn!

Was hij bij ondertrouw nog huzaar, in de huwelijksakte van vrijdag 27 oktober is hij Besteller, wonende Lindengracht 90 en 24 jaar oud. Zijn aanstaande is de 30-jarige weduwvrouw Johanna Neeltje de Ruijter, tapster aan de Prinsengracht 76 g. Gezien zijn 'drankzuchtig' verleden als militair, was hij wel haar beste klant.
Ze krijgen samen twee zoons en een dochter. Hij werkt achtereenvolgens als koffiehuishouder, wonende Gerard Doustraat 149, is dan korte tijd diamantslijper. Tussen 1895 en 1901 woont het gezin op vijf adressen in de Jordaan. Zijn vrouw sterft in 1904 in het ziekenhuis aan de Prinsengracht 769, wonende Brouwersgracht 137. Hetzelfde jaar is hij Koffiehuishouder aan de Haarlemmerdijk 22 en in 1910 aan Nassaukade 23. Vanaf 1922 staat hij vermeld als Tapper en caféhouder met vergunning aan de Prinsengracht 48, met de voor de hand liggende wereldse naam 'WERELD CAFE'. Inmiddels is hij dan als weduwnaar hertrouwt en is alleen zijn oudste zoon, met dezelfde naam, nog in leven (tweede zoon stierf in 1907, ongehuwd 21 jaar oud, dochter stierf in 1912, ws in de kraam, exact negen maanden na haar huwelijk). 

Prinsengracht 50 - 48, rechts het WERELD Café

Het lijkt erop dat het café aan de Prinsengracht door vader en zoon gedreven werd. In het derde crisisjaar verloopt het kroegje. Zijn cliëntele is grotendeels werkeloos geworden en heeft geen cent te spenderen. Gevolg is dat ook het inkomen van vader en zoon keldert en op 21 september 1932 worden ze in staat van faillisement verklaard. Een maand later wordt het bij gebrek aan baten opgeheven. In de loop van '33 verhuizen zowel vader als zoon naar andere adressen en lijkt het bruine WERELD café verloren. 

Johannes sr. zal, 89 jaar oud, op donderdag 18 december 1947 in het Sint Bernardus gesticht in de Nieuwe Passeerdersstraat 2 sterven. Nalatende één zoon en twee kleinkinderen.

Bronnen:

Noord-Hollands Archief [NHA] - Vonnissen Krijgsraad Inventarisnummer 130, Dossiernummer 40, NHA - Huwelijkse Bijlagen, Stadsarchief Amsterdam - Gezinskaarten en Archiefkaarten, Beeldbank, Militieregisters, Centraal Bureau Genealogie - Familie advertenties.

Terug naar BLOGS